Het middenrif is de spier die de scheiding vormt tussen borstkast en buikholte; de slokdarm loopt door het middenrif en vormt de verbinding tussen de mond en de maag.
Met “reflux” of “het zuur” bedoelen we de terugloop van maagzuur en/of voeding vanuit de maag (gaster) naar slokdarm (oesophagus) en eventueel de mond. De correcte term voor “reflux” is dan ook GastroOesophagale Reflux (GOR).
GastroOesophagale Reflux is momenteel de meest voorkomende ziekte van maag en slokdarm, waarschijnlijk ten gevolge van de huidige Westerse eetgewoonten.
Het wordt gezien als een chronische ziekte, waarvoor bij 25-50% van de mensen een levenslange behandeling noodzakelijk is.
Hoewel het probleem frekwent voorkomt, is de diagnose niet altijd heel eenvoudig te stellen, zodat soms meerdere onderzoeken nodig zijn om het probleem uit te klaren.
De belangrijkste factor in het ontstaan van GOR is verlies van de normale barrieres, die zijn ingebouwd om terugloop van zuur te voorkomen. Ter hoogte van de overgang tussen maag en slokdarm heeft een gezond individu een soort klep die de terugloop van zuur en voeding tegenhoudt. Ook zorgen de spiervezels van de slokdarm ervoor dat slokdarminhoud (meestal eten) richting de maag wordt geduwd. Deze twee mechanismen zorgen ervoor dat wij zelfs tegen de zwaartekracht in (dus zelfs bij platliggen of met het hoofd naar beneden) kunnen afslikken.
Een aantal factoren werkt een tijdelijk verminderen van de GastroOesophagale barriere in de hand, zoals uitzetting van de maag door eten of lucht (bv. overeten), een toegenomen buikdruk (bv. overgewicht) of een vertraagde maaglediging.
Belangrijk is dat het probleem eerst wordt uitgeklaard met behulp van een grondige anamnese en enkele technische onderzoeken. In alle gevallen wordt eerst aangedrongen op een aanpassing van eetgewoonten en wordt een proefbehandeling gestart met medicatie (groep van H2-blockers).
Het falen van deze medicatie of een snel herval na stop van deze medicatie kan er op duiden dat de diagnose niet juist was of dat de patiënt een zwaardere vorm van GOR heeft. Verder onderzoek is dan meestal aangewezen.
Behandeling
Bij blijvend falen van medicamenteuze therapie of bij het ontstaan van complicaties (oa. verandering van cellen die de slokdarm afboorden, nachtelijk hoesten door overloop van zuur naar de luchtpijp) kan chirurgie worden aangeboden als behandeling.
Bij de keuze van het type chirurgie is het essentieel dat er gekeken wordt hoe goed de werking van de spiervezels van de slokdarm is en of de maag wel volledig onder het middenrif gelegen is. Als de maag niet volledig onder het middenrif is gelegen, spreken we van een “maagbreuk”.
Essentieel is dat aan het einde van de ingreep de hele maag onder het middenrif ligt en dat de weerstand, ter hoogte van de overgang van slokdarm naar maag, door een kraag van eigen maagweefsel wordt verhoogd.
Vormen van een kraag van eigen maagweefsel
Bij een goed, krachtige werking van de spiervezels van de slokdarm wordt meestal gekozen voor een volledige kraag om deze weerstand te verhogen (360° - Nissen operatie), bij een minder goede werking voor een ¾ kraag, vastgemaakt aan de slokdarm (270° - Toupet operatie). Deze operaties kunnen vrijwel altijd via een kijkoperatie gebeuren, zodat de belasting voor de patiënt beperkt is.
Nissen operatie (kraag over 360°)
Toupet operatie (kraag over 270°)
De operatie duurt meestal 60-90 minuten en de patiënten blijven meestal 2-3 nachten in het ziekenhuis.
NB. Voor de heel grote maagbreuken of voor een recidief na Nissen of Toupet, is soms een benadering vanuit de borstkast nodig via minimaal invasieve chirurgie (thoracoscopie) of een grotere insnede (thoracotomie).
Het middenrif is de spier die de scheiding vormt tussen borstkast en buikholte; de slokdarm loopt door het middenrif en vormt de verbinding tussen de mond en de maag.
Goedaardige slokdarmtumoren komen weinig voor; ongeveer 1% van alle slokdarmtumoren. Het overgrote deel van de slokdarmtumoren is kwaadaardig op het moment dat de diagnose wordt gesteld. De mate van voorkomen is duidelijk gerelateerd aan roken en/of het drinken van alcohol, maar niet absoluut.
Goedaardige slokdarmtumoren
De meest voorkomende goedaardige slokdarmtumoren zijn het Leiomyoom en de Slokdarmpoliepen.
Het slokdarm leiomyoom komt vooral voor bij patiënten tussen 20-50 jaar, en kan bestaan uit meerdere letsels. De tumor bestaat uit glad spierweefsel en geeft maar klachten als het groot genoeg is, meestal > 5 cm.
Kleine letsels die geen klachten geven, kunnen worden opgevolgd. Bij grotere letsels of bij klachten dient een chirurgische behandeling te worden overwogen.
Een slokdarmpoliep is vaak door een steel verbonden met de wand. De poliepen kunnen vrij groot worden en klachten geven. Meestal is verwijdering via endoscopie mogelijk, zelden door chirurgie.
Kwaadaardige slokdarmtumoren - Slokdarmkanker
Nadat de diagnose van een slokdarmkanker is gesteld, moet gekeken worden hoe diep het letsel groeit en of er uitzaaingen zijn. Dat bepaalt de overlevingskansen en de te kiezen strategie. Dit is dus zeer individueel.
Na het in kaart brengen van het probleem door uitvoeren van verschillende onderzoeken, wordt in een overleg met specialisten van verschillende disciplines een “plan van aanpak” gemaakt.
De behandeling kan bestaan uit:
- Bestraling – Radiotherapie
- Chemotherapie
- Immuuntherapie
- Chirurgie
of een combinatie van verschillende behandelingen.
Bij chirurgie is het de bedoeling om het letsel zelf, samen met de bloedvaten en klieren in de buurt, te verwijderen. Dit kan gebeuren langs de buikholte, borstkast, of een combinatie van de twee. Dit kan gebeuren met grote insnedes, maar meer en meer wordt er een kijkoperatie (laparoscopie +/- thoracoscopie) of robotchirurgie gebruikt.
Als er een groter deel van de slokdarm dient te worden weggenomen, moet een deel van de maag (als “maagbuis”) of dikke darm dienen als vervanging van dat slokdarmgedeelte.
De maagbuis wordt vrijgemaakt van het onderste gedeelte van de slokdarm (overgang slokdarm-maag) en kan omhoog worden gebracht naar een plaats waar de slokdarm weer gezond is; dat kan in de borstkast of in de hals zijn.
De kans op complicaties na slokdarmchirurgie is vrij hoog, zeker op de plaats waar de nieuwe verbinding (naad) is gemaakt.
Omdat de resultaten duidelijk beter zijn in ziekenhuizen die de operaties frekwent uitvoeren, is de slokdarmchirurgie voor de provincie Limburg (België) toegewezen aan het ZOL ziekenhuis. Chirurgen van andere ziekenhuizen kunnen hun eigen patiënt mee opereren, maar door samen te werken wordt het traject voor, tijdens en na de operatie gestandaardiseerd. Ook worden de resultaten bijgehouden en nationaal geregistreerd.
De maag heeft de vorm van een gekromde zak en ligt boven in de buikholte. De slokdarm, die door de borstkast loopt, eindigt in de maag. In de maag start de voedselvertering. Gemiddeld blijft een maaltijd 3-4 uur in de maag.
De spierlaag van de maag bestaat uit glad- en gestreept spierweefsel.
Goedaardige maagtumoren
De meest voorkomende goedaardige maagtumoren zijn het Leiomyoom en GIST (Gastro Intestinal Stromal cell Tumors).
Na het in kaart brengen van het probleem en inschatten van het biologisch gedrag, wordt in een overleg met specialisten van verschillende disciplines een “plan van aanpak” gemaakt.
Kwaadaardige maagtumoren - maagkanker
Nadat de diagnose van een maagkanker is gesteld, moet gekeken worden hoe diep het letsel groeit en of er uitzaaingen zijn. Dat bepaalt de overlevingskansen en de te kiezen strategie. Dit is dus zeer individueel.
Na het in kaart brengen van het probleem door uitvoeren van verschillende onderzoeken, wordt in een overleg met specialisten van verschillende disciplines een “plan van aanpak” gemaakt.
De behandeling kan bestaan uit:
- Bestraling – Radiotherapie
- Chemotherapie
- Immuuntherapie
- Chirurgie
of een combinatie van verschillende behandelingen.
Bij chirurgie is het de bedoeling om het letsel zelf, samen met de bloedvaten en klieren in de buurt, te verwijderen. Zowel het type letsel als de juiste plaats in de maag bepalen welk deel van de maag verwijderd moet worden. Dit kan een deel van de maag (subtotale gastrectomie) zijn of de maag in zijn totaliteit (totale gastrectomie).